Inleiding

Fokken met fretten doe je niet zomaar. Het is van groot belang dat je doel hebt waarom je fokt, hierbij doordachte keuzes maakt en jarenlange ervaring hebt.

Ik herplaatst mijn fretten nooit wanneer ik stop met hen te fokken. Fretten blijven hun leven lang bij me wonen of worden vanaf nest-af bij een eigenaar uitgeplaatst. Mijn fretten zijn op de eerste plaats huisdieren, daarna pas fokfretten.

Fokdoel

Actieve en slimme fretten, gelet op gezondheid. Vrij opgevoed voor een open, vriendelijk en positief karakter. Gebruikelijk 2 nestjes per jaar; een korthaar wildkleur lijn en een korthaar sandy en albino lijn.

Ik probeer mij in te zetten voor een gezondere fok van fretten en betere samenwerking tussen fokkers in Nederland, met daarbij een betere informatieverstrekking om het welzijn van de fret te verbeteren en plezier en begrip bij fretteneigenaren te verhogen, maar ook om hen te wijzen op de kwaliteit die zij van fokkers mogen verwachten.
Met deze reden heb ik naast de frettery fretteninformatie.nl opgezet, en in samenwerking met anderen Vereniging Frettenfokkers Nederland opgericht.

Fokbeleid / richtlijnen

Frettery Lelibel voldoet aan alle voorschriften van Vereniging Frettenfokkers Nederland: Daarnaast hanteer ik natuurlijk mijn eigen fokrichting binnen de frettery. Deze persoonlijke richtlijnen leg ik graag aan u uit:

  • Er wordt uitsluitend gefokt met standaard fretten waar geen kleuren, aftekeningen of langere vachten door de lijn zijn gefokt. Geen specials en geen Angora. Dit zijn Wildkleur, Sandy (en Chocolat) of Albino fretten. Buiten het masker wordt zoveel witaftekening als mogelijk uitgesloten. Denk bijvoorbeeld aan befjes of af en toe een wit teentje. Overige witaftekening zijn absoluut uit den boze binnen mijn foklijnen.
  • Er wordt niet gefokt met bunzingen of frunzen (mix van fret x bunzing). Deze dieren zijn niet volledig gedomesticeerd te noemen en horen niet thuis in een frettery als de mijne, die zich voornamelijk op karakter en gezondheid richt.
  • Karakter staat na gezondheid hoog in het vaandel en er wordt niet met fretten gefokt die ook maar iets afwijken van in mijn ogen een perfect fokkarakter. Dat betekent dat het karakter moet aansluiten bij de verwachtingen van nieuwe eigenaren: gezelschapfretten die gezond zijn en oud worden, en tot op hoge leeftijd op en top fret zijn: ondeugend, energiek en speels. Deze energie plus een slim karakter maakt hen nog steeds zeer goede werkfretten. Het karakter wordt geselecteerd op dat er van opvoeding zo min mogelijk sprake moet zijn geweest maar ook energie, spel en een goede dekram ofwel moertje dat geniet van haar nest. De fret is zeer sociaal naar zowel mensen als andere fretten en de fret is nooit angstig maar nieuwsgierig aangelegd. Het moertje bezit over een gezond (moeder)instinct en is goed zindelijk, een goede werkfret en uiteraard een goede moeder. Dit laatste kan alleen met zekerheid gezegd worden wanneer het moertje ten minste één nest heeft gehad.
  • Bij de verzorging en huisvesting van de fretten en pups worden zoveel mogelijk de natuurlijke omstandigheden nagebootst. In de frettenruimte zitten de fretten ten alle tijden op buitentemperatuur en krijgen zo min mogelijk te maken met kunstmatig licht. Er wordt geen gebruik gemaakt van bijvoeding of hulpzaken om pups in leven te houden; moeder en pups moeten het zelf zien te rooien. Wanneer medicatie nodig is zal dit de pup niet worden geweigerd, maar dit verminderde fokresultaat zal meegenomen worden in de beslissing of de ouderfret in de fok kan blijven.
  • Om zoveel mogelijk aandacht voor de pups en de nazorg van de nieuwe eigenaren te hebben worden er maar een minimum aantal nesten per jaar gefokt, het liefst enkele weken (drie of vier is optimaal) uit elkaar. Het karakter van iedere fret in de frettery krijgt mijn volledige aandacht en respect zodat iedere fret zich kan ontplooien. Ook sta ik hiermee garant voor mijn pups en de nazorg voor eigenaren.
  • Moeder en pups krijgen de beste brokvoeding van dit moment n.a.v. veel zieke jonge en zelfs overleden jonge fretten na het eten van vervuilde prooidieren. Prooivoeding zou geweldig voor hen zijn, maar momenteel niet mogelijk. Ze krijgen daarom de beste 2e optie die er mogelijk is; de beste brokken van dit moment. Pups wennen eveneens aan Convalescense Support papjes.
  • Lelibel vervolgt haar pups minimaal één keer per jaar tot hun overlijden, om alle vragen omtrent de fretten bij de eigenaren altijd op te blijven helderen of te helpen bij problemen. Nazorg is zeer belangrijk. Niet iedereen stelt even gemakkelijk vragen en soms zit er onbewust een gevoel wat nog 'losgeweekt' moet worden. Uiteraard is het voor mij zeer belangrijk om de lijn optimaal in de gaten te houden.
  • De ouderdieren, castraten en pups zijn volledig ingeënt en nagekeken door de beste fretten dierenarts in het land; Hanneke Roest van de Frettenkliniek. Ze worden met regelmaat behandeld met Stronghold tegen vlooien, wormen en oormijt.
  • In verband met de mindere dreiging van ADV wordt er niet meer jaarlijks op ADV getest, maar wordt zeker gesteld dat er geen risico op ADV meer is. Om onnodig leed te besparen wordt er niet meer getest zolang er zich geen uitbraken van ADV meer voordoen.